De Marokkaanse Koninklijke Garde
De enige taak van de Marokkaanse Koninklijke Garde is zorg dragen voor de beveiliging en de veiligheid van de koning en zijn familie. De Koninklijke Garde was vroeger bekend als de Cherifiaanse wacht (omdat er wordt gesuggereerd dat de Alaouieten-familie afstamt van de profeet Mohammed). Het werd ook wel de zwarte garde genoemd of de Bukhari slaven, want oorspronkelijk bestond deze kleine legermacht uit slaven die uit sub-Sahara werden gehaald.
Nadat Frankrijk zich terugtrok uit Marokko in 1956 werd deze wacht officieus aangeduid als de Koninklijke Garde. De garde is georganiseerd als een autonoom orgaan binnen het leger en is een brigade van 6.000 man die onderverdeeld is in 4 infanterie-bataljons, elk met 25 officieren en 1000 man. En 2 cavalerie squadrons.
De Koninklijke Garde staat onder commando van de in Rif geboren generaal Mimoun Mansouri. Een andere Riffijn, zoon van een collaborateur die met de Franse bezetter collaboreerde, Mohammed Medbouh (1927–1971), was de leider van de mislukte coup in 1971 en tevens commandant van de Koninklijke Garde.
De koning wordt ook bewaakt door twee andere eenheden van het leger. Ze zijn echter geen officieel onderdeel van de Koninklijke Garde. Dit zijn: de elite Brigade parachutisten met het hoofdkwartier in Rabat (onbekende aantal troepen). En de De lichte beveiligingsbrigade, BLS Brigade Légère de Sécurité, met troepen van 2000 man.
Op 10 augustus 2013 vonden zestien leden van de Koninklijke Garde de dood in een verkeersongeval bij Al-Hoceima en raakten 42 gewond. Het voertuig viel in een ravijn van 200 meter diep.
