Koning van Marokko Hassan II (1929 -1999)
De voormalige dictator van Marokko Hassan II is op 23 juli 1999 overleden. Veel Marokkanen hadden na zijn dood hoop op verandering in het land en dachten dat er met de komst van zijn opvolger Mohammed VI veranderingen zullen plaatsvinden in Marokko. Al snel beseften ze dat er geen veranderingen zullen zijn en dat het politieke systeem in Marokko niet is veranderd maar dat er slechts een koning is overleden en opgevolgd door een andere.
Hassan II stond onder leiding van zijn vader Mohamed V en was verantwoordelijk voor de massamoord op de Riffijnen in de periode van 1956 tot en met 1959. Hij stond aan het hoofd van een legermacht die in 1958/1959 een genocide pleegde in de Rif.
De periode van de dictatuur onder Hassan II van de jaren 60 tot 90 worden de “jaren van lood” genoemd: een periode waarin duizenden dissidenten werden neergeschoten, gevangengenomen, verbannen of simpelweg verdwenen. Hij institutionaliseerde ook de corruptie in Marokko.
In de jaren 90 werd bij hem een vorm van kanker gediagnosticeerd, artsen adviseren hem om te stoppen met roken maar dat lapte hij aan zijn laars. Hij overleed uiteindelijk aan de gevolgen van kanker. Zijn dood werd officieel op 23 juli 1999 bekend gemaakt. Zijn laatste verschijning in het openbaar was in Parijs bij de viering van de nationale feestdag van Frankrijk op 14 juli 1999.
Toen hij besefte dat zijn dagen geteld waren, liet hij de ‘verbannen’ leider van de oppositie Abderrahman El Yousfi die in Frankrijk leefde naar Marokko terug halen om hem vervolgens in 1998 tot premier van Marokko te benoemen, dit om een goede troonopvolging voor zijn jongste zoon Mohamed te realiseren.
Er werd verteld dat Hassan II in de Rif eind jaren 50 tijdens Rif-opstand is beschoten en dat een kogel een litteken op zijn neus achterliet. Dat klopt echter niet want op de bovenstaande foto genomen tijdens zijn schoolperiode in jaren 40 is het litteken op zijn neus al zichtbaar, dus ruim voor de opstand.
De Riffijnen lieten wel een andere soort littekens bij Hassan II achter. Dat is te merken aan zijn toespraak op januari 1984, waarin hij het nodig vond om de Riffijnen aan zijn gruwelijke misdaden van 1958/59 in de Rif te herinneren…
